Dit artikel is onderdeel van de E-cursus beeldhouwen, Hoofdstuk: Vormen, vrije vormen
Van tekening naar volume
In deze oefening ga ik van tekening naar volume. Ik laat ik zien:
- hoe je delen van je steen optisch van elkaar losmaakt
- hoe je door steeds dieper in de steen te gaan de driedimensionaliteit steeds verder kunt versterken
- hoe je van groeven in de steen naar volumes kunt komen
- hoe je richting geeft aan een volume
Algemeen:
Ik laat alles in kleine stappen zien.
Als je zelf aan de slag gaat: haal voor elk van de stappen om te beginnen een maar een klein beetje weg. Dan kun je al zien of het resultaat je zal bevallen. Als het bevalt: ga door, als het niet bevalt kun je alles nog makkelijk weer weghalen.
Gereedschap: Je kunt deze oefening het beste met een kabinetrasp met punt doen. Voor het laatste deel (richting geven) is daarnaast een raspje model 204 (Milani, 5cm) ook heel geschikt. (Zie ook de les “gereedschap voor zachte steen“)
Losmaken
- Ik maak een S-vormige trede.
Wat zie je? De vorm is wel goed, maar het is nog helemaal niet ruimtelijk. Het is nog een beetje een tekening op de steen.
- Dat kunnen we al verbeteren door onderin de tree “een lijntje te zetten”: een heel klein beetje inzagen.
Nu zijn het twee vormen, het bovenste stuk ligt er optisch “op”. Dat maakt het ruimtelijk effect al beter.
Dieper gaan
- Maar: het is allemaal nog erg plat, nog bijna 2-dimensionaal. Dus ga ik de diepte in: Ik laat het voorste deel van de tree schuin naar beneden lopen.
Naar volumes
- het voorste deel van de tree (de onderkant) kan nu bol worden.
- De bovenrand van de tree kan ik vervolgens afronden (zie les: “afronden van een rand”).
(er is een alternatieve oplossing: verscherpen, zie hieronder bij “alternatief”)
- Ik kan de onderkant steeds dieper en boller maken.
- Doordat ik dieper ga krijg ik wat schaduw. Dat versterkt het ruimtelijke effect. Langzaam ontstaan er nu 3-D volumes. In de praktijk blijkt dat je meestal nog veel dieper kunt gaan en dat het ruimtelijke effect dan ook steeds beter wordt. Dat is ook wat ik het vaakst zeg: “het kan nog meer”.
Richting
- Nog ruimtelijker wordt het als ik richting geef aan de trede: ik laat de ronding van de trede verder onder de tree doorlopen (zie: afronden van een rand). Hierdoor ontstaat ook het effect, dat de voorkant van de tree onder de bovenkant doorloopt.
- De bovenkant is nu een golf die naar voren “beweegt”.
Zie ook hoe je een open golf maakt.
Ik ben nu echt van tekening naar volume gegaan.
Alternatief
In plaats van de bovenkant van de tree af te ronden kan ik die ook scherp maken. Ook dat geeft richting en een heel ruimtelijk effect .