Dit artikel is onderdeel van de E-cursus beeldhouwen,
Hoofdstuk: basisoefeningen met de rasp
En Hoofdstuk: Beeldhouwtechniek 

Gebruik van de rasp

De meeste basisoefeningen doe ik met de rasp. Voor zachte steen is een (beeldhouw-) rasp voor zo goed als alle bewerkingen geschikt. Daarom als eerste een wat uitgebreidere uitleg over het gebruik van de rasp.

Beeldhouwraspen zijn er in een heleboel vormen. Voorlopig gebruik ik alleen een halfronde rasp (ook kabinetrasp genoemd). Grootte: 20 cm.

Deze heeft een vlakke en een bolle kant die we verschillend gebruiken.
Kijk eerst eens precies hoe de tanden van de rasp er uit zien. Daarvoor twee detail-foto’s:

Gebruik van de rasp: de tanden

De tanden van de rasp staan schuin naar de punt van de rasp gericht. Dat betekent dat de rasp het effectiefste werkt als je die van je af beweegt.
Dwars krijg je voornamelijk krassen op je steen. Bij naar je toe trekken neemt de rasp ook een stuk minder materiaal weg dan van je af.
Met de zijkant van de rasp kun je zagen.

De vlakke kant van je rasp

Gebruik de vlakke kant van de rasp om vlakke of bolle vormen te maken (zie ook de druppel-oefening).

Als je grotere delen van je steen (breder dan je rasp) vlak wilt maken beweeg je je rasp bij voorkeur een beetje schuin van je af. Dan kom je bij elke beweging een groot deel van je steen tegen. Als je echt recht van je af beweegt krijg je een vlakke groef. Dat wil je meestal niet.

De bolle kant van de rasp

De bolle kant van de rasp gebruik je om holle vormen te maken. Pas daarbij op: als je de rasp hier alleen recht naar voren beweegt krijg je nog meer dan bij de vlakke kant groeven. Om een bredere (breder dan de rasp) gleuf te krijgen moet je je rasp wat schuin bewegen en meedraaien met de komvorm. Dat is beslist even oefenen voor je het onder de knie hebt.

Tot zo ver het gebruik van de (kabinet-) rasp. In het artikel over gereedschap voor zachte steen laat ik meer soorten raspen en hun gebruik zien.